Synthetische brandstoffen of E-Fuels.
E-fuels, ook wel bekend als synthetische brandstoffen, zijn brandstoffen die worden geproduceerd door het omzetten van elektriciteit, water en koolstofdioxide (CO2) in vloeibare of gasvormige brandstoffen, zoals benzine, diesel en waterstof. Het productieproces vereist elektriciteit afkomstig van hernieuwbare bronnen, zoals wind- of zonne-energie, om de CO2 om te zetten in synthetische brandstoffen.
Duurzamer alternatief?
E-fuels zijn bedacht als een meer duurzame optie dan traditionele fossiele brandstoffen, omdat de CO2 die vrijkomt bij het gebruik van de brandstof opnieuw kan worden opgenomen tijdens het productieproces. Dit vermindert de uitstoot van broeikasgassen en kan de transportsector helpen verduurzamen.
Hoewel het idee van e-fuels aantrekkelijk is, is het productieproces momenteel nog relatief duur en inefficiënt in vergelijking met traditionele brandstoffen, waardoor ze nog niet op grote schaal worden geproduceerd. Er is ook discussie over de vraag of het verstandig is om te investeren in e-fuels of dat er beter kan worden geïnvesteerd in andere alternatieve energiebronnen, zoals batterij-elektrische voertuigen.
In theorie kan e-fuel klimaatneutraal zijn en dus geen extra broeikasgassen uitstoten. Dit kan worden bereikt door groene waterstof te gebruiken die wordt opgewekt met hernieuwbare energie, zoals windturbines, en door CO2 te gebruiken die wordt afgevangen uit fabrieken of de atmosfeer. Hoewel er nog steeds CO2 uit de uitlaat van een auto op e-fuels komt, zou dit in theorie niet meer mogen zijn dan de CO2 die aan het begin van het proces is toegevoegd.
Een groot voordeel van e-fuels, volgens voorstanders, is dat het Europese wagenpark op die manier kan worden verduurzaamd zonder dat het helemaal moet worden vervangen door elektrische voertuigen. Bestaande benzine- of dieselauto’s kunnen namelijk gewoon e-fuels tanken.
Hoewel het idee veelbelovend klinkt, zijn er op dit moment nog nauwelijks e-fuels beschikbaar. Er is momenteel slechts één fabriek in Chili die e-fuels produceert met steun van autobouwer Porsche AG, een andere fabriek in Californië die binnenkort in productie hoopt te gaan met geld van BMW, en een Noorse startup die werkt aan e-fuels voor de luchtvaart. Maar gezien de gewijzigde Europese regels rondom voertuigen op e-fuels zouden deze op termijn wel eens een belangrijke rol kunnen spelen.
Kortom, e-fuels bevinden zich nog in de onderzoeksfase maar ze zouden binnen enkele jaren wel eens breder beschikbaar kunnen komen en ook betaalbaarder worden. Zeker ook als je weet dat er ook plannen zijn om E-fuels te gebruiken voor de wagens van de Formule 1 vanaf 2027, zal het onderzoek hierachter wel nog een serieuze boost gaan krijgen.
En wat met Biobrandstoffen zoals HVO?
De biologische dieselbrandstof HVO, hydrogenerated vegetable oil, is een hernieuwbare diesel die de CO2-uitstoot met 90% kan doen dalen t.o.v. conventionele diesel. Het product wordt gemaakt van restproducten uit de voedingsindustrie en is dus niet alleen beter voor het milieu in de uitstoot, maar zorgt ook voor een verwerking van de afvalstoffen. Hoewel dit drop-in product nu al op de markt is, krijgt het nog niet de steun van de Belgische overheid dat het verdient.